Tussen Pasen en Hemelvaart - Door de wereld gaanWij hebben een hond:
Sira. Elke ochtend ben ik thuis degene die met Sira een wandelingetje maak. En meestal een vaste route, behalve op woensdag want dan loop ik naar de markt.
Je zou denken dat een vast ‘rondje met het hondje’ wat eentonig en saai wordt, en soms voelt dat ook wel zo. Maar toch valt dat eigenlijk erg mee. Juist omdat inmiddels veel heel bekend en vertrouwd is, zijn er andere dingen die soms ineens meer opvallen. Een specht die zich laat horen, en soms ook laat zien. Een eekhoorntje dat langs de boomtakken flitst. Lichtval door mist heen. De bijzondere, bijna symmetrische kromming van oude bomen langs een laantje. Een kind dat de hond even wil aaien. Een voorbijganger die groet. Een struik die opeens al prachtig in bloei staat. Een groepje tieners op de fiets naar school. De bewoner van een huis die haar hand opsteekt. De rust van de vroege zondagochtend die enorm verschilt van andere dagen. En natuurlijk is er ook altijd nog het weer dat flink varieert...
(En af en toe maak ik onderweg een foto van iets bijzonders.)
Goed beschouwd is hetzelfde rondje toch nooit hetzelfde.
Of ik nu zin heb of niet, met een hond moet je toch naar buiten. Van die ‘verplichte’ ochtendwandeling probeer ik dan maar min of meer een meditatief begin van de dag te maken. Door met aandacht te wandelen. Dat lukt de ene keer beter dan de andere. Soms trekt dat wat ik zie, hoor, voel en ruik als vanzelf mijn aandacht; soms blijf ik veel meer ‘in mijn hoofd’ zitten. Dan gaat veel langs me heen. Ook dat heeft me dan iets te zeggen: over mezelf op dat moment.
VerschijnenTussen Pasen en Hemelvaart is het in de kerk de tijd van de verschijningen van de opgestane Heer. In de evangeliën wordt na de opstanding van Jezus verteld over raadselachtige, bijzondere verhalen waarin de leerlingen Jezus’ aanwezigheid hebben ervaren. Enerzijds heel aards en tastbaar, anderzijds houden die verhalen ook duidelijk iets mysterieus en ongrijpbaars. De Heer die zomaar verschijnt én weer verdwijnt ín hun aardse bestaan - telkens onverwacht en buiten hun invloed. Het heeft te maken met opmerken, tot je door laten dringen, een moment van herkenning.
Misschien hebben die verschijningsverhalen ons dan iets te vertellen over hoe opmerkzaam we eigenlijk leven in deze aardse, tastbare wereld? Dat ín dit aardse bestaan, midden in ‘het gewone’, zomaar de aanwezigheid van de Heer aan ons kan verschijnen? Tenminste, als wij sensitief en ontvankelijk zijn. Als tussen al het ‘dagelijkse’ en ‘gewone’, juist het bijzondere ons nog wel opvalt. Of leven we zo dat veel langs ons heen gaat?
Goed beschouwd bestaat ons hele leven veelal uit vaste, soms zelfs verplichte, dagelijkse rondjes. Zou dan niet juist de werkelijkheid zijn waarin de mysterieuze aanwezigheid van de Heer aan ons kan verschijnen? Als we tenminste aandachtig en opmerkzaam door de wereld gaan. Het doet mij denken aan lied 978:4
Laat dan mijn hart U toebehorenen laat mij door de wereld gaanmet open ogen, open orenom al uw tekens te verstaan.Dan is het aardse leven goed,omdat de hemel mij begroet.